Inhuren schijnzelfstandigen in 2021 niet bestraft door Belastingdienst
Voortgangsbrief Koolmees 16 november 2020
Minister Koolmees heeft afgelopen maand op 16 november 2020 deze voortgangsbrief inzake de (opvolging) van de Wet DBA aan de Tweede Kamer gestuurd. Uit voornoemde brief blijkt dat Koolmees de spreekwoordelijke hete aardappel doorschuift naar zijn opvolger in een volgende kabinet. En zo het reeds in januari 2020 uitgebrachte rapport over de arbeidsmarkt van de commissie Borstlap die fundamentele aanpassingen van de arbeidsmarkt bepleit, vooralsnog laat voor wat het is. Koolmees grijpt enerzijds de Corona pandemie aan, om de vertraging te vergoelijken. Anderzijds gooit hij het op het feit, dat ook in het geval van deze zogenaamde kwaadwillende bedrijven, de bewijslast voor de Belastingdienst zwaar is. Moedwilligheid moet namelijk in voornoemd kader worden bewezen. In het afgelopen jaar zijn er plusminus 150 bedrijven onderwerp van een onderzoek geweest en is geen enkele boete uitgedeeld. Het heeft er alle schijn van dat het Koolmees aan daadkracht ontbeert, gezien de looptijd van dit dossier.
Modelovereenkomsten
In zijn eerdere voortgangsbrief van deze zomer van 17 juni 2020 liet Koolmees nog weten dat de zogenaamde modelovereenkomsten (opvolger van de zogenaamde VAR), die een looptijd c.q. geldigheidsduur hebben van vijf jaar, nog gewoon gebruikt konden worden. Dat zegt Koolmees echter deze keer niet, hetgeen betekent dat de eerste goedgekeurde modelovereenkomsten over enkele maanden al vervallen. De opvolger ervan de zogenaamde Webmodule wordt vanaf 11 januari 2021 gedurende zes maanden in de vorm van een pilot online gezet, zo valt te lezen in de voortgangsbrief van 16 november 2020. Inlenende bedrijven moet dan bepalen, op grond van deze tool, iemand gezien moet worden als een freelancer of als een werknemer. De uitkomst (op grond van de gegeven antwoorden) ervan is vooralsnog een advies. In de zomer van 2021 wordt de tool geëvalueerd en op basis daarvan zal de Belastingdienst wel of niet gaan handhaven.
Uitkomst oordeel Webmodule
Verschillende juristen hebben gekeken naar door de Webmodule beoordeelde casussen en van de helft van de casussen verschilden de juristen van mening over de uitkomst van het antwoord en bij iets minder dan de helft van de casussen hadden de juristen een ander oordeel dan de Webmodule! Opvallend was hierbij ook voorts, dat in plusminus 75% van de gevallen de Webmodule van mening was dat er sprake was van een werknemer. Feit is dat vrijwel iedere casus casuïstisch is en dergelijke casussen laten zich moeilijk vangen in een computermodel, maar dienen genuanceerd bekeken te worden. Voor situaties waar geen discussie bestaat over het wel of niet ondernemer c.q. werknemer zijn, is geen computer programma nodig. Maar het gaat juist om de randgevallen die beoordeling behoeven en daarbij hanteert de Webmodule de spreekwoordelijke botte bijl, in die zin, dat dan al snel het label werknemer toegekend wordt.
Sectorale aanpak
Algemeen bekend is dat bepaalde sectoren in negatieve zin voorop lopen, waar het betreft het in stand houden van schijnzelfstandigheid. Desondanks en ondanks aandringen vanuit de Tweede Kamer, ziet Koolmees geen reden om specifieke sectoren onder de loupe te nemen. Argumentatie hiervoor is wederom o.a. de Corona pandemie en het als gevolg daarvan opschorten van de gesprekken met de branche vertegenwoordigende organisaties.
Fiscale benadering versus civiele arbeidsrechtelijke benadering
Al het voornoemde ziet voor de goede orde toe, op de fiscale benadering door de Belastingdienst. Het arrest van 6 november 2020 van de Hoge Raad van en het daaraan voorafgaande advies van AG De Bock, waarover wij eerder publiceerden, zien toen op de civiele en arbeidsrechtelijke benadering.. En staan hier dus los van, in die zin, dat inleners nog steeds het risico lopen dat freelancers vandaag de dag een arbeidsovereenkomst zouden kunnen claimen. Het zal dan met name gaan om die groep, die eerder nog in loondienst was en niet vrijwillig gekozen hebben voor een bestaan als freelancer.
U bent weer even bijgepraat. Mocht u hulp nodig hebben, dan weet u ons te vinden.